18e zondag door het jaar A (2005)

'Komt kopen, geniet zonder geld en zonder te betalen', met die woorden van de profeet Jesaja wordt vandaag heel onze maatschappij onder kritiek gesteld. Onze samenleving wordt met de dag meer bepaald en beheerst door de macht van het geld en het hebben. Sommige kranten en bladen doen niets anders dan dagelijks het merendeel van hun pagina's vullen met nieuws over koersen die teruglopen en schommelende valuta's.

Vakantiegangers, maar ook thuisblijvers weten allemaal te verhalen dat het leven met de euro duur is geworden en dat zonder geld niets te koop is. Wij zouden ongelijk hebben als wij hen zouden tegenspreken.
In veel landen om ons heen lijkt het erop alsof alles voor geld te koop is. De integriteit en de waardigheid van de mens lijkt op heel wat plaatsen verdwenen en te zijn ingeruild voor de meest biedende. De hebzucht blijkt vaak geen grenzen meer te kennen en de bedragen die er volgens de media mee gemoeid zijn, gaan alle begrip te boven. En waar toe dat alles?

Is het leven echt voor geld te koop?. Op mijn beste momenten weet ik, dat dat niet het geval is. Maar intussen probeer ik, proberen wij, toch steeds meer te vergaren, zogezegd om het beter te krijgen. Maar het is zeer de vraag of dat betere leven op die wijze wordt bereikt.
Wij kopen en vergaren, maar wat winnen wij erbij. Waaraan geven wij ons geld uit, waaraan besteden wij ons leven?

Ik zal de laatste zijn om mensen een mooi huis, een gerieflijk bestaan te ontzeggen, maar waartoe al dat gezwoeg en al die kosten, als het leven in dat huis schraal is en kil als een herfststorm.

Voor de thuisblijvers en voor mensen in vakantiestemming is het een uitgelezen ogenblik om de woorden van de profeet Jesaja deze dagen eens mee te dragen en te overwegen. In de vakantie hoeft er een heleboel niet en kan er ruimte ontstaan om het leven van alle dag te overwegen, op een afstand te bekijken. Misschien kan de vraag naar de waarde van ons doen en laten zo een plek krijgen.
Is iemand geslaagd in het leven als hij of zij over een dikke beurs beschikt?
Wat maakt deze vakantietijd of ons dagelijks leven tot een gebeuren waar je dankbaar voor mag zijn? Komt het bv. omdat je veel te verteren hebt, of omdat een ander aandacht voor je heeft, dat er iemand is die naar je omziet?.

De profeet van vanmorgen kritiseert mensen niet, omdat hij hun het geluk zou misgunnen, integendeel, maar omdat hij ziet en beseft dat ze met al hun geld en goed aan het ware leven voorbij gaan. Wat een mens echt rijk maakt, dat is niet te koop, want een luisterend oor ontvangen of geven, dat valt met geen prijs te betalen. En is het niet juist dat, wat een mens eenzaam of gemeenzaam door het leven doet gaan?
De profeet schrijft dat luisterend oor bij uitstek aan God zelf toe. Hij biedt zich aan als reisgenoot, als gids, als levensgezel. Wie die stille stem in zijn leven een plaats gunt, die mag ontdekken wat het zeggen wil leven te ontvangen en leven te delen.
Wij leven niet van geld, van kille berekening en voor wat hoort wat. Wij leven, maar als gelukkige mensen door wat ons zonder berekening, gratis en om niet geschonken wordt. Zo'n onverdiende liefde en genegenheid kunnen een mensenleven vullen tot over de rand. Om niet geschonken aandacht en meeleven zijn als een immer stromende beek, die dorst lest en leven voedt. Dat wordt ons vandaag aanschouwelijk gemaakt in het evangelie.
Waar gerekend wordt, is altijd te kort. Want wat zijn vijf broden en twee vissen? Maar leven zegenend en delend, daar wordt geleefd, wordt gebroken en gedeeld, zoals Jezus vandaag doet, daar is volheid van leven, en daar is altijd nog over.

Na de moord op Theo van Gogh is er veel tumult ontstaan in Nederland. Tumult over het moslimgeloof. Kerken, moskeen, regeringsverantwoordelijken waren die dagen niet veilig. Ook deze dagen worden we opgeschrikt door aanslagen in London en elders in de wereld, opgeëist door moslimfundamentalisten.

Maar al dat tumult, misschien draagt dat bij aan een opening; het zou kunnen betekenen dat het geloof weer op de agenda staat. Christen hebben het veelal laten versloffen, alsof het een soort taboeonderwerp was, waar je het vooral niet meer met elkaar over mocht hebben. Hele generaties groeien nu op die er niets van weten en geen idee hebben waar bepaalde uitdrukkingen, een denkwijze, het ritme van het leven of sommige cultuuruitingen vandaan komen. Dat is jammer, want het is leuk als we met elkaar onze geloofsuitingen kunnen delen. Delend in geloofstradities, delend door jong en oud, kennis hebben van elkaars geloof, daar wordt gedeeld en gebroken zoals de verhalen ons vanmorgen zeggen te doen.

Een voorbeeld heel dichtbij huis. De Bilalschool, een school voor moslimkinderen aan de Miereveldstraat en de R.K. basisschool 'Op den Berg' hebben tijdens een project kennis met elkaar gemaakt. De pastor van de berg die aan moslimkinderen kwam vertellen over het christelijk geloof en de islamitisch godsdienstleraar die een bezoek bracht aan de kinderen op de berg. Met christelijke en moslimkinderen in gesprek gaan, vertellen over je geloof, kinderen vragen laten stellen, wantrouwen en vooroordelen wegnemen, verschillen en overeenkomsten bezien. Dat is ontmoeten, is horen, zien en contact maken. Delend van onze eigen gave. Daar hebben we geen brood en vis bij nodig. Dan gaat het om het goede in ieder van ons neergelegd. Daar gaat het vanmorgen over in de lezingen: zegenend en dankzeggend je eigen leven delen, delend met je naaste, daar is volheid van leven, en daar, ik zei het al eerder, daar is altijd nog over. Zo kan God wonen tussen de mensen.

Het Ubi Caritas zingt het zo mooi: 'Waar vriendschap is en liefde, daar is God'.

En als afsluiting van dit project was er een maaltijd. 'Samen eten is de olie voor vriendschap' was het motto. Een maaltijd voor elkaar klaarmaken. Gerechten die hoorden bij ieders cultuur. Kennismaken en misschien wel vriendschap sluiten. Samen maaltijd houden. Maaltijd zoals Jezus bedoeld heeft. De onderlinge verschillen niet wegpoetsen, maar ermee leren omgaan.
Ik denk dat de eigenheid en vrijheid van ieder van ons alleen maar kan bestaan bij de erkenning van de diversiteit van allen. Is het niet zo dat juist de ander laat zien dat we allemaal verschillend zijn, ieder komend vanuit zijn eigen cultuur, komend vanuit verschillende godsdiensten, en dat ons allemaal het zelfde toekomt. In deze rijkdom van verschillen is een glimp van God te zien.

Zo kan die glimp van de Ene op ons neerkomen, worden we uitgedaagd het venster naar elkaar te openen, de blik naar buiten. Eindeloos zullen er nog kansen zijn de wereld te leren zien, elkaar te zien door de ogen van Gods, de Wijde Blik. Daar waar echt geleefd wordt, zoals Jezus ons vandaag voorhoudt, dan is er altijd over.
'Waar vriendschap is en liefde, daar is God'.